Het was zoals al gezegd een zeer geslaagde middag. De weergoden waren me goed gezind. Na hevige regenval in de ochtend was de baan om 15.15 nagenoeg helemaal droog. Enkele dampe plekken bleven alertheid vereisen. Door inmenging van Andre stond er een Casperstrack E36 325i klaar die op enkele details na zo in de Ooperon E36 cup zou mogen meerijden. Ipv de Toyo 888’s lagen er Dunlop Direzza’s onder. Volgens Andre minstens zo goed als de Toyo’s. Een zeer vertrouwenwekkende ban in ieder geval. De Casperstrack BMW heeft geen enkele slag fout gelopen. Sturen, remmen, motorvermogen, alles dikke prima. We hebben ‘m van katoen gegeven en de auto is er volledig stoïcijns onder gebleven. Volgens Coen Caspers staan al hun huurauto’s er zo goed geprepareerd bij. Hij ziet dit naar eigen zeggen als een erezaak. Ik heb geen reden hieraan te twijfelen. 250 euro voor een uur poken is peanuts. Remblokken, banden, benzine, inschrijving, alles is inclusief. En als de auto een mechanisch probleem mocht krijgen pak je gewoon een andere. Er worden altijd meerdere auto’s meegenomen. Zeg nou eerlijk, hoe vaak lees je wel niet verhalen van forumleden die hun trackday vroegtijdig hebben moeten afbreken vanwege kostbare technische problemen. De Caspers auto’s hebben de juiste onderdelen en de juiste specs. Succes verzeker.
Ik begon m’n avontuur onnozel. Eerst een paar rondjes met Andre mee in de 1M. Ik ben een slechte meerijder vwb auto’s op circuits. Word er altijd beroerd van. Dat was nu niet anders. Ik had nog geen meter gereden maar van fitheid was al geen sprake meer. Dom dom. Dat ik er tijdens m’n tweede opwarmrondje achter kwam dat ik met m’n linkervoet probeerde m’n auto-bril door het schutbord te trappen was ook niet slim. Het voetensteuntje voor de linkervoet rammelde een beetje en tijdens de tweede ronde dacht ik dat ie losgelaten had. Bleek het m’n bril te zijn die ik vergeten was op te zetten. Na wat geschuif wist ik ‘m vastgesnoerd in de vijfpuntsgordel toch nog op te vissen en op m’n neus te krijgen. Alles super tot nu toe.
Een rondje of vijf later toonde de AIM een 2.10,2. De databox was op predictive laptiming ingesteld en er had al een 2.09 ingezeten. Jammer genoeg kon ik door een missende 12v aansluiting m’n eigen Performance Box niet gebruiken. De AIM van Andre beheerste de trucs gelukkig ook. Ik was vooraf zeer benieuwd wat predictive laptiming met je rijstijl zou doen. M’n angsten werden iets bewaarheid. Als tegen het eind van een rondje blijkt dat je onder je snelste tijd tot dan toe zit dan ben je voor de laatste bochten geneigd extra risico’s te nemen. Ook wanneer er andere auto’s op de baan zitten. In mijn geval voor trackdays een optie om minder snel te gaan gebruiken. Ik heb tijdens het inhalen geen rare dingen uitgehaald, maar het speelde wel mee.
Andre zette in zijn stint een 2.07,9 neer. Om niet af te gaan moest die voorspelde 2.09 beslist gereden worden. Op zijn voorstel ben ik voor aanvang van m’n tweede stint eerst weer passagier gaan spelen. Nu in de E36. Andre zou me wel even de Ooperon Cup lijnen tonen. De lijnen waarvan ik al wist dat je ze moest rijden om met de toppers mee te komen. Circuit lijnen wil ik ze niet noemen. Daarvoor zit je te vaak naast het donkere gedeelte dat asfalt genoemd wordt. Godallemachtig, en hoe. ‘Oh, werkt dat zo’, en ‘Zo, doe je dat op die manier’. Ook reacties als ‘Ik wist niet dat dit kon!’, en gedachten als “dit komt niet goed” speelden door m’n hoofd. Het via de onboard camera’s op je computer zien en het dan meemaken, dat verschil was groter dan ik me had kunnen voorstellen. Andre’s rijstijl in de E36 kun je niet anders dan hyper agressief noemen. Remmen, schakelen en sturen, en dan allemaal in een enkele beweging. Niet mijn stijl, maar wel een noodzaak als je mee wil komen. Potverjandriedubbeltjes, ik moest er nu ook aan.
De agressie van de extreme lijnen over de curbs en het tweetal grote schotels dat Assen kent zou een rijder zich in de cup vrij snel eigen kunnen maken. Je rijdt dan vaak dicht op cupgenoten en je ziet door het verschil in stijl dan direct waar je de meters verliest. Zonder de twee demonstratierondjes van Andre was het me gisteren tijdens het trackrijden nooit eigenhandig gelukt. Ik ben van nature een mooie lijnen rijder en zal niet snel onnodig hoge curbs opzoeken om m’n tijd te verbeteren. M’n forte is het remmen. Liever net te laat dan te vroeg. Vroeg remmen kan iedereen Maar ik wilde dit keer meer. We hadden de kleine competitie niet gepland maar het loopt er eigenlijk automatisch weer op uit. Ik had na de demonstratie de sleutel tot de snelle tijden aangereikt gekregen, ik hoefde nu alleen nog maar de executie goed te regelen. Dat lukte ten dele. In de vijf resterende geklokte rondjes heb ik m’n uiterste best gedaan me ‘het nieuwe rijden’ eigen te maken. Vijf ronden zijn dan veel te weinig. En m’n gebrekkige fitheid hielp er ook niet aan mee. Vooral de geert timmer bleek een moeilijke barrière om te slechten. Het is me niet een enkele keer gelukt de optimale snelheid naar het rechte stuk mee te nemen. En in m’n snelste rondje heb ik deze chicane helemaal ‘overcooked’. Weer te net te laat in de ankers waardoor ik veel te lang moest wachten vooraleer ik vol accelererend over de schotel links in de linkerknik kon flappen. De datalogger wees uit dat ik in die passage alleen al 0,5 seconden verloor.
0,8 seconden verschil met Andre die in zijn snelste rondje ook voor minimaal 0,5 seconden gehinderd werd. Ik zou de gewichtsfactor tussen de rijders nog kunnen meenemen in de vergelijking. Het feit dat ik met ron98 en Andre met ron95 (aanname van ons) heeft rondgereden. Hoe dan ook, het verschil was deze keer acceptabel klein. Meer dan een seconde had ik pijnlijk gevonden. M’n ego staat dat niet toe. Een seconde is bijna 50 meter op het rechte stuk. Dat vind ik veel. Ik kan het gelukkig nog een beetje.
En het kostte me nauwelijks moeite. Ik was nog zo fris als een hoentje. Kijk maar eens.
